NOS Nieuws••Aangepast
Meer over baanwielrennen
De wielersport werd voor het eerst geïntroduceerd tijdens de Paralympics in Seoul 1988, voor visueel beperkte wielrenners. Vandaag de dag kunnen niet alleen blinden deelnemen, maar ook atleten met een hersenverlamming, amputatie en andere fysieke beperkingen. De sport is gesplitst in baanwielrennen en wegwielrennen.
Het baanwielrennen kwam pas in 1996 voor het eerst op het paralympische programma. Er zijn verschillende onderdelen: sprint, individuele achtervolging en tijdritten (zowel individueel als voor teams).
In het baanwielrennen racen sporters op een standaard racefiets of een tandem. Dit hangt af van de beperking. De baanwielrenfietsen hebben geen rem en geen versnellingen.
Omschrijving klassen baanwielrennen
| Klasse | Omschrijving |
| C1-5 | Wielrenners die wel gebruik kunnen maken van standaard racefietsen, komen in klasse C1-5. Deze profielen betreffen onder anderen amputé’s, sporters met verminderde spierkracht of beweeglijkheid ofwel beperkingen in de coördinatie. Ook hierin geldt dat het laagste nummer de meeste beperkingen weergeeft. |
| TB | Wielrenners met een visuele beperking racen op een tandem met een ziende renner voorop. |