Achter de Playstation vandaan, Jumbo-Visma komt naar je toe deze zomer
"Wij laten jongensdromen uitkomen." Met die slogan eindigde vrijdag een kek presentatiefilmpje van Jumbo-Visma. De Nederlandse wielerploeg wil meer jeugd op de racefiets krijgen en komt met een nieuw plan.
Scholen, supermarkten en verenigingen worden aangedaan de komende tijd. "Er komt een soort roadshow, we gaan het land in", zegt Merijn Zeeman, sportief directeur van Jumbo-Visma. Dat is noodzakelijk volgens de wielerploeg want: "De vijver met talenten wordt steeds kleiner in Nederland", stelt manager Richard Plugge.
Het is een ietwat vreemde uitspraak nu het Nederlandse wielrennen juist de ene grote overwinning na de andere boekt. "Nou, aan de top gaat het goed", weet Zeeman. "Op dat vlak mag Nederland niet klagen. Maar aan de onderkant denk ik dat er hulp nodig is."
Met het project wil Jumbo-Visma vooral in het gat duiken dat Rabobank achterliet. Via de opleidingsploeg van die bank, die in 2016 de sponsoring stopzette, kwamen in het verleden renners als Robert Gesink, Steven Kruijswijk, Tom Dumoulin en Wilco Kelderman voort. Hun toekomst had er anders uit kunnen zien zonder het bestaan van het Rabobank Development Team.
"Ik denk dat Rabobank fantastisch werk heeft verricht", stelt Plugge, die daarmee niet alleen doelt op de opleidingsploeg. "Ook bijvoorbeeld door het organiseren van dikkebandenraces."
Dikkebandenraces
Door middel van die fietswedstrijdjes op straat voor de jeugd, stapten kinderen in het verleden voor het eerst op een fiets om te racen. Een voorbeeld daarvan is Mike Teunissen, momenteel prof bij Jumbo-Visma. "Daarin heb ik een beetje leren scheuren door de straat. Daarna ben ik jeugdrenner geworden en via de opleidingsploeg van Rabobank ben ik doorgegroeid naar de top. Ik heb het hele traject afgelegd."
Jumbo-Visma hoopt dat nieuwe talenten dezelfde weg bewandelen als Teunissen. Maar kopieert de ploeg dan het gedachtegoed van het oude Rabobank? "Er werd heel veel ingezet op het klimmen, op het zo hard mogelijk bergop rijden. Ik denk dat er nu veel breder gekeken gaat worden", vermoedt Teunissen. "Niet alleen klimmen, maar ook andere disciplines."
Veld, mountainbike en baan
Zeeman, leider van het project, beaamt dat. "Wij gaan kijken wat de jeugd nodig heeft op latere leeftijd. Het kan heel goed dat je dit opleidingsteam ook in het veld ziet, of op een mountainbike of op een baan."
Zeeman ziet dat zijn sport een achterstand heeft ten opzichte van andere sporten. "Heel veel Nederlanders fietsen. Maar er zijn relatief weinig kinderen die kiezen voor deze sport. Ze kiezen toch vaak voor de traditionele sporten als voetbal, hockey, atletiek of schaatsen. Wielrennen is minder snel een optie voor kinderen. Natuurlijk spant de KNWU zich daarvoor in, maar daar kunnen ze nog wel wat hulp gebruiken."
Fietsen tijdens gymles
Door met fietsen naar de scholen toe te gaan, hoopt Zeeman, voormalig leraar lichamelijke opvoeding, daar een kentering in aan te brengen.
"De meeste kinderen zitten op school en krijgen daar lessen lichamelijke opvoeding. Ik weet uit ervaring dat er tijdens die gymlessen al heel vaak sporten langskomen, alleen maar om te laten zien hoe leuk die sport is. En om ze te stimuleren die sport te gaan doen. Wij willen naar de scholen toe en ze een mogelijkheid bieden in aanraking te komen met wielrennen."