Het gebouw van 's Rijks Munt · Nationaal Archief

Duitsers roven Rijksmunt Utrecht leeg

De Duitsers hebben de voorraden van de Rijksmunt in Utrecht weggeroofd. Het zilver is anderhalve week geleden meegenomen, vandaag werden andere metalen per boot afgevoerd.

Eind vorige maand eiste Richard Fiebig de metalen op voor Duitsland. Hij is de afgevaardigde in ons land voor Albert Speer, de Duitse Reichsminister für Rüstung und Kriegsproduktion. Hij moet in bezet gebied grondstoffen vinden voor het Duitse leger.

In de Munt liet hij zijn oog vallen op de 116 ton zilver die er nog lag, onder meer afkomstig van het Nederlandse zilvergeld dat de Duitsers gedurende de bezetting hebben vervangen door zink.

Per trein en boot

3304 baren zilver en 358 zakken verplette guldens ter waarde van f2,5 miljoen werden per vrachtauto naar Utrecht CS gebracht, waar een trein naar Duitsland klaarstond. Medewerkers van de Munt werden gedwongen mee te helpen bij het vervoer.

Een paar dagen later werd 198 ton aan andere materialen aan boord van een rijnaak geladen, onder meer nikkel van stuivers en brons van centen. De waarde van dit transport was 180.000 gulden.

Na nog meer lading te hebben opgepikt bij de Utrechtse staalfabriek Demka, is het schip vandaag naar Lemmer vertrokken. Daar wordt het metaal overgeladen op schepen richting Duitsland.

Goud

Medewerkers van de Munt wisten de kleinere voorraden goud, aluminium, tin en zink achterover te drukken voordat ze afgevoerd werden.

De goudvoorraad van De Nederlandsche Bank wist de regering grotendeels uit handen van de bezetter te houden: al voor de oorlog is 80 procent overgebracht naar Londen. Het restant dat de Duitsers in handen kregen was overigens nog 228 miljoen gulden waard.