Warm onthaal verlicht hongertochten
Een warm ontvangst, een bord soep en een slaapplek voor de nacht. In Harderwijk wacht hongertrekkers een haast ongekende luxe in de Fino-fabriek.
De directeur van de soepfabriek heeft opdracht gegeven alle hulpbehoevende reizigers te helpen. Dagelijks wordt er zeker 1000 liter soep uitgedeeld, gemaakt van vleesextract, gedroogde uien en selderij.
"Het is in elk geval iets", stelt medewerker Willem Geert Hoek. "Hij smaakt trouwens nog goed ook, en het is vooral warm."
Ook in Nijkerk ziet men een lange stoet hongertrekkers voorbijkomen:
Het personeel heeft medelijden met de hongertrekkers, waarvan er al bijna 100.000 voorbij zijn getrokken. "Wintertijd en kou en al die lui slap op de benen. Ze komen met allerlei mogelijke vervoersmiddelen, veelal fietsen met houten banden of met wrakke karretjes."
De karretjes kunnen even buiten worden gestald terwijl de reizigers binnen opwarmen. Bewaakt, want anders wordt er van elkaar gestolen. "Als ze wat gappen kunnen, doen ze het", weet Hoek. "Geen wonder, het gaat om je leven."
Medewerkers van de fabriek helpen soms om de gammele vervoersmiddelen op te lappen, zodat de tocht kan worden vervolgd. Ook kunnen ze wat oude kranten tegen de kou krijgen, voor onder hun kleren. Wie een nachtje wil blijven slapen, wordt opgevangen in de Ambachtsschool van de stad, daar is plek voor 700 mensen.
Ik heb hele einden lopen huilen van ellende. Maar Fino, wat heerlijk.
Daarna kunnen de stedelingen weer door, naar Friesland, Groningen of Overijssel. "Zoveel grote boeren zitten hier ook niet dus moeten ze verder", legt Hoek uit. "Het zijn net sprinkhanen."
Een vrouw uit Utrecht legt uit wat het vriendelijke gebaar voor haar betekende. "Ik zal nooit vergeten hoe ellendig ik me voelde onderweg. Lekke schoenen, zeulen met onze oude fietsen door de sneeuw. Ontzettend beroerd. Ik heb hele einden lopen huilen van ellende. Maar Fino, wat heerlijk."
Iedereen realiseert zich maar al te goed dat niet iedere hongertrekker zo wordt ontvangen. "Mijn vader vertelde mij een keer dat hij op weg naar 'de noord' een jongetje tegenkwam die met een handkar liep", zegt iemand uit IJmuiden. "In de handkar lag zijn dode vader. Afschuwelijk. De man was gestorven aan de gevolgen van de honger. Ontberingen."
Toevluchtsoord
In het Noord-Hollandse Anna Paulowna is de boerderij van boer Geerligs ook zo'n toevluchtsoord voor vermoeide hongertrekkers die een slaapplek zoeken. Langs niet alle boeren in de noordelijke provincie stellen zich zo hulpvaardig op, maar Geerligs ziet het als zijn missie zo veel mogelijk mensen in nood te helpen.
Elke nacht slapen zo'n vijftig tot ruim honderd mensen op zijn zolder in het verse stro. Velen hebben dan al zo'n tien uur gelopen en zijn verkleumd van de kou. Bij aankomst krijgt iedereen een kop warme erwtensoep.
"We maken soms wel tachtig liter soep op een dag", vertelt de zoon van Geerligs. "De meeste ingrediënten verbouwen we zelf, die komen dus van ons land. Enkele buren helpen af en toe mee."
Aanplakbiljetten
Alle karren en fietsen met het verzamelde voedsel worden opgeborgen achter slot en grendel, zodat niemand aan elkaars spullen kan komen. "En iedereen levert bij aankomst zijn persoonsbewijs in en krijgt die de volgende ochtend bij vertrek weer terug. Het werkt prima. We zijn zelf tot nu toe ook nog nooit bestolen."
De goede naam van Geerligs verspreidt zich snel onder de hongertrekkers. Bij de pont bij Velsen en bij de Eem hangen al aanplakbiljetten die mensen verwijzen naar zijn boerderij.
Bekijk hieronder de beelden van de honger die de bevolking in West-Nederland in zijn greep heeft.