Ruim 100 doden bij bombardement op Doetinchem
Voor de tweede keer in drie dagen is Doetinchem het doelwit geweest van geallieerde bombardementen. Voor de Doetinchemse bevolking kwamen beide aanvallen als een complete verrassing.
Ruim honderd burgers werden vandaag gedood toen het centrum van de stad doelwit was. Bij de aanval twee dagen geleden waren dat er negen, onder wie drie kinderen.
De stad was tot nu toe redelijk ongeschonden gebleven tijdens bijna vijf jaar oorlog. Hoewel het front steeds dichterbij komt en de Duitsers ook bij Doetinchem versterkingen hebben aangelegd, verwachtte bijna niemand een bombardement van de stad.
Toch werd de binnenstad op drie verschillende momenten in totaal door 48 bommen getroffen. Rond 17.00 uur was het zwaarste bombardement, waarbij een groot deel van het centrum werd verwoest. "Ik stond buiten naar de lucht te kijken", vertelt Annie Velthorst. "Toen zag ik drie vliegtuigen terugkomen. Er viel iets uit. Iemand trok me mee de kelder in. En toen ging het los."
Gezin omgekomen
Eveline te Drosthorst kon net op tijd thuiskomen, voordat de bommen vielen. Haar moeder stuurde na afloop haar broer Joop naar de Hamburgerstraat, die zwaar was getroffen. Hij moest gaan kijken of hij kon helpen.
"Joop kwam bij het verwoeste huis van de familie Vriezelaar. 'Ik hoorde de kleine kinderen huilen', vertelde hij toen hij terugkwam, 'Ik heb gedaan wat ik kon, stenen weggetrokken, maar ik kon er niet bij komen.' Daarna werd hij akelig en toen viel hij flauw van ellende", vertelt Eveline. Het hele gezin Vriezelaar van tien personen is omgekomen.
Het stadhuis, de synagoge en de Catharinakerk zijn in vlammen opgegaan. Omdat het gebouw van de brandweer ook is geraakt, is het blusmateriaal verloren gegaan.
"Er moest water naar de toren van de kerk gebracht worden om te blussen", vertelt Jan Ovink. "Met honderden mensen hebben we twee lange kettingen gevormd. We gaven steeds emmers water door, maar het was niet genoeg. Zo'n toren is een enorme schoorsteen, die wil wel branden. Hij is tenslotte door midden geknakt en in twee stukken naar beneden gevallen."
De vraag die de Doetinchemers bezighoudt, is welk doel de bombardementen dienden. Of waren ze misschien een vergissing van de geallieerde piloten?
Het bombardement van twee dagen geleden leek een gerichte actie. De Nemaho-fabriek, die gevorderd was door de Duitsers, werd getroffen. De hallen werden tot voor kort gebruikt als werkplaats voor de reparatie van Duitse militaire voertuigen. Op het moment van het bombardement zou de fabriek echter leeg hebben gestaan.
Ook een plek in het centrum waar de Duitsers topografische kaarten en propagandamateriaal maakten, was diezelfde dag doelwit. Mogelijk zijn de geallieerden hierop gewezen door het Nederlandse verzet.
Het bombardement van vandaag lijkt op een vergissing van de geallieerden. Mogelijk was niet Doetinchem, maar het Duitse stadje Isselburg, net over de grens, het oorspronkelijke doelwit.