Het is voor hoogopgeleide asielzoekers in Nederland moeilijker om een baan op hun eigen niveau te vinden dan voor laagopgeleiden, blijkt uit een recente pilot van uitzendbureau Randstad en het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA).
Het uitzendbureau en het COA probeerden in een half jaar 95 asielzoekers met verblijfsvergunning aan het werk te helpen. Dat lukte bij veertien. Twaalf van hen kregen een stage of werkervaringsplek.
Lageropgeleiden vinden sneller betaald werk, terwijl hogeropgeleiden eerder een werkervaringsplek krijgen aangeboden. Voor hoogopgeleiden is het lastig omdat ze vaak niet de juiste diploma's hebben en de Nederlandse taal een grotere barrière vormt. Bij laagopgeleiden speelt taal minder een rol op het werk.
Beheersing van het Nederlands is vooral op hogere niveaus belangrijk, zegt Marjolein ten Hoonte van Randstad. "Op lagere niveaus is de werkvloer al diverser waardoor het soms makkelijker is om over die taalbarrière heen te stappen."
Ook zijn werkgevers kritischer bij hogeropgeleiden. "We zien dat bedrijven langer nadenken om te zien of een ict'er of verpleegkundige wel het juiste niveau heeft."
Vorig jaar september noemde VNO-NCW-voorzitter Hans de Boer vluchtelingen als een oplossing voor het personeelstekort in de ict en techniek. Ook minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken zei dat je mag verwachten dat vluchtelingen met een hoge opleiding snel aan werk komen.
Maar volgens Ten Hoonte blijven ook in die sectoren waar veel vacatures zijn, werkgevers kritisch. Het is daarom belangrijk dat vluchtelingen zo snel mogelijk de Nederlandse taal leren.
"Laten we de tijd dat mensen nog niet kunnen werken, gebruiken om hen voor te bereiden op de arbeidsmarkt. Dat je van waardevol wachten kunt spreken."